Een reanimatie doen is ingrijpend voor een hulpverlener, zeker als een persoon het niet overleeft. Tijdens het onderdeel reanimatie en AED van de EHBO of EHAK cursus proberen wij u hier zo goed mogelijk op voor te bereiden.
Reanimatie en AED
Een reanimatie voert u uit als een bewusteloos persoon geen (normale) ademhaling meer heeft. Geen (normale) ademhaling betekent dat de persoon geen bloedcirculatie meer heeft waardoor vitale organen geen zuurstof meer krijgen. Start daarom direct de reanimatie zodat deze circulatie kunstmatig weer op gang wordt gebracht. Een reanimatie bestaat uit 30 borstcompressies en 2 beademingen. Met de borstcompressie zorgt u ervoor dat het bloed weer circuleert en met de beademingen zorgt u ervoor dat er zuurstof in het bloed komt. Tijdens de cursus leggen we u precies uit hoe snel u de compressies moet uitvoeren en hoe u beademt. We maken hierbij gebruik van geavanceerde reanimatiepoppen die gekoppeld zijn aan tablet en precies meten wat u doet en hoe u reanimeert. Meten is weten en weten is verbeteren.
Verslikking en verstikking
Verslikking en verstikking kan een oorzaak zijn van een verstoorde ademhaling. Tijdens de cursus leggen we uit hoe u een verslikking kunt oplossen zodat het geen verstikking wordt. Ook hier hebben wij een simulator voor zodat u dit uitgebreidt kunt oefenen.
Bewusteloosheid
Een bewusteloos slachtoffer moet in de juiste positie worden gelegd. Dit noemen we de stabiele zijliging. Een bewusteloos slachtoffer wat op zijn rug ligt moet eerst gedraaid of gekeerd worden. Dit doen we met de "van buik naar rug" methode. Een bewusteloos slachtoffer kan ook op een stoel of in een auto zitten. Met de rautek greep kunnen we de persoon naar de grond toe helpen. Begint een bewusteloos peroon te braken dan kunnen we hem met de snelle kantelmethode snel op zijn zij draaien zodat hij niet kan stikken in het braaksel. Tijdens de cursus oefenen we al deze handelingen met een pop of bij elkaar.
De AED
Er zijn tientallen verschillende types AED's. Het belangrijste verschil is de volautomaat en halfautomaat. Bij een halfautomaat moet je zelf de schokknop indrukken bij een volautomaat wordt het hele programma volledig automatisch doorlopen en wordt ook de schok automatisch toegediend. Wij vinden de volautomaat alleen geschikt voor professionals. Het gevaar bij een volautomaat is dat er nog contact is tussen de hulpverlener en slachtoffer waardoor de hulpverlener een schok krijgt. Tijdens de cursus kunt u uitgebreidt met verschillende AED's oefenen op onze reanimatiepoppen.